Functie scorestrook Antwoordanalyses
Functie scorestrook
graphic
In de scorestrook staan 30 Bitskes. Elk Bitske hoort bij één van de toetsen (zie overzicht)
Er zijn twee posities. De Bitskes die iets hoger staan slaan op de oefenreeksen waar met puntsommen wordt gewerkt.
Betekenis van de kleuren van zijn baret:
* zwartwit : deze toets is nog niet gespeeld
* groen: bij deze toets haalde de leerling onmiddellijk 10/10 (zonder herkansing);
* kaki: bij deze toets maakte de leerling aanvankelijk 1 of meer fouten maar haalde hij 10/10 bij de herkansing;
* geel: haalde minstens 8 of 9 op 10
* rood: haalde minder dan 8 ook na herkansing
Die kleuren vind je ook terug naast de thermometer. Zo kunnen de leerlingen onmiddellijk zien welk 'Bitske' ze gehaald hebben. De bedoeling is natuurlijk zoveel mogelijk groen of kaki.
Voorbeeld. Schermafdruk hierboven. Opgave 3 (kaki score).
Nadat de leerling de 10 opgaven antwoordde, klikte hij op O.K. De computer gaf aan dat één opgave  fout beantwoord was. Het peil in de thermometer steeg  en 'Bitske-drie' (scorestrook) kleurde geel (8 of 9 op 10). . Vervolgens verbeterde de leerling de fout. De thermometer kleurde nu verder lichtgroen in tot 10. 'Bitske-drie' kreeg een kaki baret (10/10 na herkansing)..
Antwoordanalyses opvragen van de voorbije toetsen.
graphic
Als je klikt op één van de gekleurde Bitskes in de scorestrook, verschijnt deze antwoordanalyse.
Het is vooral interessant om aan te klikken op de gele en kaki Bitskes.
Inkleuring bij fouten (enkel 1ste fout, niet herkansing)
Oranje: de leerling antwoordde 1 of 10 teveel of te weinig
Purper: de leerling maakte een inversiefout (23 i.p.v. 32) of minbrugfout (72 - 25 = 53).

MAGENTA: andere fout
Afdruk: opgave 10 =>. 12 + 5; De leerling antwoordde 7 i.p.v. 17. Hij maakte een 'tienfout'.
Door de gekleurde Bitskes na elkaar  aan te klikken, kunt u mooi de evolutie die een leerling maakte volgen.
Let er vooral op of er typische foutkleuren verschijnen.
Tip.  Doe dat ook eens met de leerling samen.