MAAK =
In vlag 4 werken we rond puntsommen in vergelijkingsschema.
De puntsom wordt hier voorgesteld als een vergelijking.
Beide delen van de somformule zijn van elkaar gescheiden en het =-teken staat los in het midden.
Het is de bedoeling dat we bij het oplossen van de puntsom volgende redenering toepassen:
‘ Het moet aan beide kanten van het teken evenveel zijn. Dat doe ik door rechts 1 af te trekken.’
graphic
We interpreteren het =-teken anders dan bij een gewone som. Het teken fungeert als opdrachtteken: het moet aan beide kanten evenveel zijn.
We gaan nog een stap verder. Bij een foutief antwoord, doorstrepen we niet het ingevulde getal maar wel het =-teken.
Het vergelijkingsteken fungeert m.a.w. ook als evaluatieteken. Het is niet evenveel aan beide kanten; de som is verkeerd opgelost.
Enkele schermafdrukken uit het oefengedeelte ter verduidelijking
graphicOpgave. Grijs =-teken. OPDRACHT
graphicEVALUATIE.  Som goed ingevuld. Groen teken.
graphicEVALUATIE. Foutief. Doorstreept teken.
Voor meer info over het waarom van deze werkwijze: zie in de didactische handleiding (openingsscherm) bij module MAAK =
Miss Evenveel
Om deze dubbele functie van het =- teken duidelijk te maken,  starten we met een verhaal: het verhaal van Miss Evenveel, juf van het eerste leerjaar ergens in Vlaanderen. Ze is nogal fanatiek: het moet altijd en overal evenveel zijn, zeker bij puntsommen. Zo loopt ze geregeld door de klas met een speciaal ontworpen =-stempel.graphic
Het verhaal is een beetje gek maar dat geeft niet. Integendeel...
Hoe gebruiken?
Start het werken rond vlag 4 met het verhaal van Miss Evenveel. Druk het verhaal (PDF) af en neem het vooraf eens door.
U kunt het best vertellen in combinatie met de  simulatie  MAAK = uit de leerkrachtassistent (Digibord +) van Spits met Bits 1.
Start SPITS MET BITS 1 op het digitaal schoolbord. Klik op de Digibord+ knop.
Ga naar de tabkaart ‘REKENEN TOT 10’ . Klik op het scenario met de stempel..
U komt in het openingsscherm met de foto van Miss Evenveel. 
Vertel...
Aanvullend kunt u de leerlingen scenario's 1 en 2 laten doornemen op de pc.
Score
graphic
Scenario's 1 tot 5: aangepaste stempels

Scenario's 5 tot 10: breng de verliefde kwikkies samen.
graphic
Bij deze scenario's  krijgen de leerlingen 5 opgaven van de vorm  a = b +/- ./  en 5 van de vorm  a +/-  . = b
Bij elk juist antwoord klimt één van beide figuurtjes 1 trede hoger.
Het linker figuurtje reageert op een oefening waarbij moet gewerkt worden in het linker veld.
Door de onderlinge stand van de figuurtjes kunt u  zien of de plaats van het geheel een rol speelt bij de resultaten.
Instellen
graphic Bij alle scenario's kunt het maximumbereik instellen (van 5 tot 10).
Leerplandoelen
* Rekenhandelingen (bijdoen, wegnemen, evenveel maken..) uitvoeren en omzettten in formules.
* Hoeveelheden vergelijken en daarbij volgende symbolen gebruiken: =, ≠,  < en >