11 Hoeveel eerst?
11. Machientje.  Hoeveel eerst?
Wat valt te leren?
Puntsommen type     . + 3 = 5 en  . - 1. = 3   Oplossen  in pijlnotatie of somnotatie
(kies bij het opstarten van de oefenreeks)
 
 
Verloop
We stoppen een kaart  in het machientje. We kunnen niet zien welk kaart het is (ze ligt omgekeerd). De kaart gaat door het machientje. Er verschijnt een bewerking (bv. +3).  Er komt bv. een 5 uit. We moeten intikken welke kaart in de machine werd gestopt. In dit geval was het een 2.
Gradatie :
Vanaf opgave 6  zien we enkel de achterzijde van de   kaart die uit de machine komt.
Scoreverloop
Onmiddellijk juist: groene pijl
Juist bij herkansing: gele pijl
Dubbele fout: rode pijl